Golven, hoge golven
breken met een ver gedrom
de zwarte spiegel draagt de koppen
na elkaar rollen ze om
water, zwarte water
schitterend de bleke maan
laat keer op keer zijn tanden blinken
niet zo ver van mij vandaan
varen, altijd varen
verre havens lichten op
na een lange bange reis weer thuis
trekt opnieuw het ruime sop
vissen, mooie vissen
met kleuren uit een vol pallet
zwemmen iedere keer met steeds meer moeite
om het grote vissersnet
de zee, de glazen mantel van een rustloze godin
een zee die rolt en trekt over het strand
heeft het leven middenin
ga mee, de boot staat klaar met alle zeilen bovenin
een zee die voert en stroomt over de rand
heeft het leven middenin
stranden, verre stranden
waar de zon zijn stralen brandt
en het zand het water kust dat daar
na een lange tocht beland
branding, witte branding
hun kruinen vlagen in de wind
de rotsen prikken puntig zwart
net nog voor de storm begint
spatten, golven spatten
hoge muren storten neer
en beuken sleuren alles wat niet
vastzit gaat zo ongeveer
zeker, niets is zeker
in de chaos van bestaan
op het strand weet je beter
van de zee kun je op aan
niets is er mooier dan de avondzon
die rood en warm de laatste stralen
een wordt met de horizon
niets is er mooier dan de avondzon
die rood en warm de laatste stralen
en een wordt met de horizon
De Zee, het oneindige plasma om de werelddelen, de voedingsbodem van alle leven op aarde. Met zijn grillen, golven, branding, stranden, vissen en eeuwige bewegingen die onvoorspelbaar blijven en tegelijkertijd ook weer zo vertrouwd.
Raquel Maulwurf tekent zee- en boslandschappen van Nieuw-Dakota los van specifieke situaties en toont een algemenere, mysterieuze en gitzwarte natuur. Zij bewerkt hiervoor karton wekenlang met houtskool, krijt en een stanleymes totdat de voorstelling in het materiaal is gebeiteld. Eindeloos over elkaar getekende lagen zorgen zo voor een peilloze diepte, aangrijpend en beeldschoon (M. de Vries / Volkskrant 16-9-’11).